llms.txt in Kubernetes-omgevingen is een vaak onderschat bestand: het regelt wat taalmodellen mogen indexeren, crawlen of gebruiken. In cloud-native applicaties zie je snel meerdere pods, configmaps en updates; zonder duidelijke llms.txt-architectuur ontstaan fouten of onduidelijkheden.
Bij llmstxt.nl helpen we teams dit bestand betrouwbaar en reproduceerbaar te beheren in Kubernetes. Dit artikel beschrijft praktische patterns, veelvoorkomende valkuilen en concrete stappen zodat je llms.txt veilig en schaalbaar inzet.
Belangrijk onderdeel 1: llms.txt als ConfigMap en mount
Een ConfigMap is de meest gebruikelijke plek om llms.txt in Kubernetes te bewaren. Je kunt het bestand één keer declareren en vervolgens in meerdere pods mounten, zodat alle replicas dezelfde regels gebruiken.
Let op rechten en read-only mounts: llms.txt hoort statisch te zijn in productie. Zorg dat de mounted volume readOnly is om ongewilde wijzigingen te voorkomen en houd configuratie gescheiden van applicatiecode.
Praktische tip of verdieping
- Sla llms.txt op in een Git-repository en genereer een ConfigMap via een CI-pipeline (kubectl create configmap –from-file=llms.txt=path/llms.txt –dry-run=client -o yaml | kubectl apply -f -).
- Mount de ConfigMap met readOnly: volumes + volumeMounts in je pod-spec en set mountPropagation niet nodig.
- Gebruik een initContainer voor validatie: controleer syntax, headers en toegestane domeinen voordat de app start.
- Documenteer versie en wijzigingsdatum in de ConfigMap-annotaties zodat je audits en rollbacks eenvoudig uitvoert.
Belangrijk onderdeel 2: updates, rollouts en consistentie
Wanneer je llms.txt wijzigt, wil je geen onvoorspelbare gedragspieken. Kubernetes refresh van ConfigMaps gebeurt niet altijd automatisch binnen lopende pods; sommige applicaties cachen de file in geheugen.
Maak updates deterministisch: gebruik een gerolde rollout of force-restart van pods als de applicatie de file niet live herlaadt. Met Helm kun je de ConfigMap fingerprinten zodat een chart-upgrade pods triggert.
Praktische tip of verdieping
- Commit wijziging in Git en laat CI een nieuwe image-tag of ConfigMap manifest genereren.
- Gebruik een checksum-annotatie in je deployment: annotate: kubectl.kubernetes.io/restartedAt: {{ now | unixEpoch }} of checksum/config: {{ include (print $.Template.BasePath “/llms.txt”) . | sha256sum }} zodat pods automatisch herstarten.
- Als live herladen nodig is, implementeer een sidecar die op file-change reageert en een HTTP-POST naar de hoofdcontainer doet om cache te invaliden.
- Test updates in een staging-namespace met identieke RBAC en policies voordat je naar productie rolt.
Praktische check die je nu kunt doen: controleer in één commando je cluster voor llms.txt-configs: kubectl get configmaps -n